Kerstgedachte

Celeste

Gistermiddag gingen Erick en ik op bezoek in Speradinha, het buurtje bij het vliegveld. We waren voor de kerstlunch uitgenodigd bij Celeste. Zij is de moeder van mijn vriendin Lena. Lena en haar man Dudu, hun kids John, Edu en Silene én inwonende schoonmoeder Fafa waren er al toen wij arriveerden. Evenals de bij Celeste inwonende dochter Zica en haar zoon Wesley, en nog een kleuter van andere dochter Nay. En Djoné natuurlijk, de man met wie Celeste al 25 jaar samenwoont, maar met wie ze niet getrouwd is en die dat ook niet wil (om mij onbekende redenen). Daarom gaat Celeste alléén naar Amerika dit jaar. Celestes vader woont daar al tijden en heeft haar nu een uitnodiging gestuurd waardoor ze permanent mag migreren. Er zijn veel verschillende soorten inreisvisa voor Amerika. Elke Kaapverdiaan kent de nuances. Ik snap er nog altijd niks van. Celeste vertelt me, dat er al werk voor haar geregeld is, door een zus die ook in Amerika woont. Dat ze de eerste tijd in hetzelfde huis als haar vader zal wonen, maar zo snel mogelijk een eigen plek hoopt te hebben. En dat ze gaat sparen om de visa voor haar 4 dochters met hun kinderen te betalen. Ik knik, dat ik ’t begrijp, maar in werkelijkheid kan ik m’n gedachten er niet omheen vouwen. Het emigreren is hier zó in de cultuur verweven… Onuitgesproken wacht, op een paar uitzonderingen na, iedereen op de kans om elders een beter bestaan op te bouwen. Onuitgesproken wacht iedereen, tot die tijd, op de kisten en bidons vol Westerse artikelen (kleding, gereedschap, shampoo, schoenen, etc.), die reeds geëmigreerde familieleden opsturen naar Brava.

Vanaf de andere kant, van Kaapverdianen in het buitenland, hoor ik inmiddels ook wel eens verhalen. Bijvoorbeeld van een jonge vrouw die ik afgelopen jaar in NL ontmoette, leeftijdgenoot van mijn dochters. Haar moeder vertrok óók naar Amerika. Zij was toen nog een kleuter, en de moeder zei: ik laat je zo snel mogelijk over-komen. Het meisje is hier op Brava opgegroeid bij een tante en heeft haar moeder nooit meer gezien. De moeder heeft zelfs nooit een bidon gestuurd… Pas toen het meisje zelf 15 jaar later de kans kreeg om naar Europa te gaan, daar heel hard werkte en studeerde en een ticket naar Amerika kon betalen, heeft ze haar moeder kunnen bezoeken, in een poging om te begrijpen hoe dat nou toch kan bestaan… Ze heeft geen bevredigend antwoord gekregen.

Ooit, ruim dertig jaar geleden, hoorde ik voor ’t eerst over Cabo Verde en ontmoette ik Kaapverdianen in Europese havens. Ik vroeg me af waar die vriendelijke, vrolijke mensen vandaan kwamen en waarom ze massaal hun vaderland inruilden voor een hardwerkend bestaan in een vreemde wereld. Inmiddels wonen we hier vijf jaar, met onze eigen Hollandse culturele bagage, in dit prachtige land met een heel ander soort bagage. Onverminderd mateloos boeiend.

Nog wekelijks vragen Erick en ik aan elkaar: “Vind je het nog leuk hier? Wil je hier nog zijn?” Deze kerstgedachte gaat verder nergens heen. Er is geen helder inzicht, er is alleen maar ‘zijn’. Dat is meestal genoeg.

Eén reactie Volgende »

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.